‘Boulevard’ komt van bolwerk
Nu is het woord onlosmakelijk verbonden met een stad als Parijs, maar boulevard stamt af van het oer-Hollandse woord bolwerk (versterking, hoge omgang). Via bollewers, bolluwercq en bollewarque in middeleeuws Frans, verbasterde het woord tot boulevard in modern Frans.
‘Bâbord’ komt van bakboord
Bâbord, veelgebruikt woord in de zeilsport, komt van ons bakboord! Terwijl tribord (stuurboord) van het 16e-eeuwse Nederlandse stierboord zou afstammen.
Als zeevarende natie hebben de Nederlanders nog veel andere scheepvaarttermen nagelaten aan het Frans. Zoals: cahute (kajuit), amarrer (afmeren), matelot (matroos, van mattenoot), hisser (hijsen), hareng (haring), hamac (hangmat) en cabillaud (kabeljauw).
‘Mannequin’ komt van manneke
Mannequin komt van het oud-Vlaamse mannekijn ofwel manneke, wat lang geleden een paspop voor kleermakers was. In het Frans heeft het die betekenis nog steeds: mannequin wordt zowel voor levende als niet-levende modellen (zoals etalagepoppen) gebruikt.
Lees ook: Franse spreekwoorden die nét even anders zijn dan de onze
‘Étape’ komt van stapel
Bij dit woord denken veel mensen meteen aan de Tour de France. Franser kan bijna niet en toch komt étape regelrecht van het Nederlandse stapel. In de zin van stapelplaats, een plek waar kooplieden hun waar bijeenbrengen.
‘Drôle’ komt van drol
Altijd grappig, dit Franse woordje dat klinkt als drol… En het grappigste is: het woord komt ook echt uit het Nederlands. Alleen van een woord met een andere betekenis dan poep. Een drol of drolle was in oud-Nederlands namelijk een trol of kaboutermannetje. Een guitig personage dat mensen aan het lachen maakte. In het Frans betekent drôle nog altijd amusant, verrassend of ongewoon.
‘Drogue’ komt van droog
Het Franse woord drogue ofwel drugs heeft een heel onschuldige Nederlandse herkomst. Het komt van ‘droog’ in de betekenis van ‘gedroogde kruiden‘ of geneesmiddelen. Het afgeleide Franse woord droguerie (voor een plek waar die medicijnen verkocht werden) heeft het Nederlands op zijn beurt weer teruggeleend als drogisterij.
‘Brandevin’ komt van brandewijn
Bière en brandevin: ook op het gebied van alcohol hebben we sporen nagelaten in het Frans. Het Nederlands leende bier van het Latijnse biber (drinken), de Fransen maakten daar bière van. Het Franse woord brandevin komt logischerwijs van onze brandewijn, waar overigens ook het Engelse brandy op terug te voeren is.
‘Gribouiller’ komt van kriebelen
Nederlanders die in Frankrijk wonen kennen het woord dankzij hun kinderen. Die leren op de kleuterschool dat je niet mag gribouiller, niet ‘kliederen’, als je tekent of kleurt. Interessant om te weten: dit woord stamt af van het Nederlandse kriebelen en krabbelen!
‘Colza’ komt van koolzaad
Je ziet steeds meer oliemerken in de Franse supermarkt met huile de colza, een gezonde olie voor in de vinaigrette. Het is duidelijk te horen: het woord colza (uitgesproken als kol-za) is afgeleid van het Nederlandse koolzaad. Al in de 17e eeuw verscheen eerst het woord colzat in het Frans, maar dat werd later colza. Aha!
LEES OOK:
Hilarisch: u-zeggen in het Frans
14 Franse vooroordelen over Nederlanders
Beeld: CC/Jean-Jacques Abalain (vissersboot)
Geen reacties