Fabienne van C’est Fab ontdekte een leuk nieuw concept. Via een app kunnen de Fransen wijnflessen tot leven brengen. Als ze het etiket scannen, verschijnt de wijnboer die over zijn eigen wijn vertelt.
Bijzonder nieuw initiatief uit Bordeaux: Smartbottle. Met deze app kunnen wijnchateaux hun wijn op een hele creatieve manier presenteren. Bovendien krijgen consumenten krijgen bovendien een beeld van waar de wijn vandaan komt en wie hem gemaakt heeft. Je houdt je telefoon voor de fles en het etiket komt tot leven met augmented reality. Elke wijnboer presenteert zich op geheel eigen wijze met filmpjes, muziek, animaties, etc.. zonder het etiket te hoeven aanpassen. Het Nederlandse wijnschap zou er een stuk leuker van worden – zie hier!
En nu je hier we het toch over wijn hebben, hier een paar taaltips. Met het juiste vocabulaire, kun je in Frankrijk makkelijk meepraten over wijn, zelfs al heb je er weinig verstand van!
Franse wijnvocabulaire
Als je voorstelt wat te drinken, zeg je: On boit un coup? of On prend un pot? (zullen we iets drinken? ). Je vous sers ? (kan ik u iets inschenken?)
-Door een bodempje wijn (un fond de vin) in je glas te laten, geef je aan dat je geen ‘refill’ meer wilt. Of als je nog maar een beetje bijgeschonken wilt worden zeg je: un fond seulement (een bodempje nog).
-Handige woorden: une bouteille de vin (een fles wijn), un bouchon (een kurk), le goulot (de hals van de fles), un tire-bouchon (een kurketrekker), un verre à pied (een wijnglas), un pichet (een karafje wijn).
-Er zijn allerlei namen voor goede of minder goede wijnen, zoals un grand cru (een hele goede wijn), le gros rouge qui tâche of la piquette (goedkope wijn). Le pif of le pinard is straattaal voor wijn.
-Voor iemand die dronken is zijn ook een hele batterij woorden, maar de meest gebruikten: c’est un alcoolo, un poivrot, un soûlard ou soûlot. Picoler (=straattaal voor veel drinken).
-Wijn koop je bij un caviste (een slijterij), rechtstreeks bij le producteur(wijnmaker) of bij le supermarché (de supermarkt).
-Wijn drink je met l’oeil, le nez et la bouche. Met je ogen kijk je naar de kleur, met je neus ruik je het aroma en met je mond proef je de nuances.
-Wat kun je allemaal zeggen over wijn, behalve ‘Il est très bon’. Voor zware wijnen kun je zeggen dat ze chaud (warm), riche (rijk), dense (dichte) of robuste (stevig) zijn. Voor lichte wijn zeg je frais (fris), vif (levendig), rond (soepel) of gouleyant (jong/makkelijk te drinken). Boisé (houtachtig) of moelleux (zoet).
Lees ook: Wijnbluffen tegen een Fransman!
LEES OOK:
Glaasje te veel op? 25 Franse uitdrukkingen
Franse wijnen die je ooit gedronken wilt hebben
Tekst: Fabienne van Dillen van C’est Fab
Geen reacties