Ooit lag er in een slaperige uithoek van de Hautes-Alpes een vallei waar de rivieren Durance en Ubaye samenkwamen. In het najaar vormden deze riviertjes een mooie irrigatiebron voor de fruitboomgaarden waar deze landelijke regio om bekend stond. Zodra de lentetemperaturen de sneeuwtoppen deden smelten, veranderde hun karakter echter radicaal: de kabbelende beekjes transformeerden zich ieder voorjaar in kolkende bergstromen die alles op hun pad verpulverden wanneer zij buiten hun oevers traden.
Getemde Durance
Na een nieuwe serie verwoestende overstromingen nam de Franse staat in de jaren 1950 een ingrijpend besluit: de hele vallei – inclusief dorpjes, spoorlijnen en viaducten – werd simpelweg onder water gezet. Dit om voor eens en altijd een einde te maken aan de streken van de Durance. Voilà, de fascinerende ontstaansgeschiedenis van het grootste stuwmeer van Frankrijk, dat vandaag een van de populairste trekpleisters van de Hautes-Alpes is.
Paradijs voor watersporters en windsurfers
Met een oppervlakte van maar liefst 28 km2 – net iets groter dan het bekendere Lac d’Annecy – is het Lac de Serre-Ponçon een walhalla voor liefhebbers van watersport. Ruimte zat om achter een motorboot te leren waterskiën, de vishengel uit te werpen, of een flinke kanotocht rondom het meer te maken. En tal van campings direct aan het meer. Bovendien zorgt de Pic de Morgon (2324m), die uit het meer oprijst, voor een prachtig achtergronddecor. Wie zich liever door de wind vooruit laat stuwen, kan ook hier zijn hart ophalen. Het meer wordt namelijk geroemd om haar uitstekende windcondities en is één van de populairste windsurfspots van Zuidoost-Frankrijk.
Perfecte wind om te zeilen en te surfen
Dankzij de langwerpige vorm en ligging in het dal van een berggebied vormt het meer één grote windtunnel die zorgt voor constante, thermische windstromen. De wind waait dan ook (bijna) altijd uit dezelfde richting en trekt meerdere middagen per week aan tot een kracht of 5 Bft, waardoor het voor zowel beginnende als gevorderde surfers een interessante spot is.
Ook ik maakte op het meer mijn eerste meters op de plank en leerde er door de jaren heen gijpen, overstag gaan en planeren.
Bergwandelen rond het meer
Naast haar indrukwekkende formaat, ligt het meer met 780 meter ook op aanzienlijke hoogte. Vergeet bij een bezoek dan ook absoluut je bergschoenen niet, want er zijn enorm veel prachtige wandelingen te maken door de omliggende bergenketens. De gevorderde hiker kan zich goed vermaken met de tocht naar de eerdergenoemde Pic de Morgon, die op 2.324 meter boven het water uittorent.
De wandelroute naar de top leidt onder andere langs een prachtige, groene cirque ofwel een keteldal dat in de lente vol krokussen staat. De oplettende wandelaar spot er misschien zelfs een paar marmotten! De weg naar de top is flink steil. Maar eenmaal boven aangekomen is het uitzicht de moeite meer dan waard!
Met de skilift
Een familievriendelijker alternatief is een tocht naar Le belvédère des Crêtes de Réallon via het wintersportdorpje Réallon. In juli en augustus brengt het skiliftje je al een heel eind naar boven, vanwaar meerdere panoramische uitzichtpunten nog maar een paar honderd meter lopen zijn. Vanuit de skilift kun je daarbij genieten van de mountainbikers die van het Bike Park afscheuren, dat in de zomermaanden de skipistes vervangt.
Vergeet op de terugweg ook vooral niet te stoppen bij één van de après-skihutten voor een welverdiende flammküchen of raclette!
Embrun, historisch bisschopsstadje
Op de rustdagen (lees: dagen zonder wind) is het de moeite waard om het historische stadje Embrun te bezoeken. Het is strategisch gelegen op een rots en de geschiedenis van het stadje gaat terug tot de Romeinse tijd. In de 4e eeuw was Embrun zelfs even de hoofdstad van de Romeinse provincie Alpes-Maritimae.
Onder het bewind van Karel de Grote werd het stadje in 794 het aartsbisdom voor de Hautes-Alpes regio. Een functie die de stad tot de Franse Revolutie zou blijven uitoefenen.Van het bisschopspaleis is de 12e-eeuwse donjon La Tour Brune nog te bezoeken. De aangrenzende Jardin de l’Archevêque biedt eveneens een prachtig uitzicht over de groene vallei en de achterliggende Alpen.
Le Museoscope: een duik in het verleden van het meer
Voor meer geschiedenis is ook Le Museoscope du Lac een echte aanrader. Het museum is kortgeleden compleet gerenoveerd en neemt je in 6 zalen via onder meer 4D-films op inventieve wijze mee door het verleden van het meer. Naast het museum heb je eveneens een uitkijkpunt op de gigantische stuwdam die 1,2 miljard kubieke meter aan water tegenhoudt.
Wie niet wil wachten op de beperkte openingstijden van het museum, die kan ook zelf op ontdekkingsreis naar het verleden gaan. Aangezien veel van de dorpjes simpelweg ondergelopen (en niet gesloopt) zijn, kun je met een beetje zoeken nog sporen vinden uit de tijd van voor het stuwmeer.
Verdronken dorpjes zoeken
In het voorjaar lukt dit vanwege de lage waterstand wat makkelijker dan in de zomer. Bij een wandeling in mei vonden we bijvoorbeeld hele drooggevallen bruggen en waterputten. In de baai van Chanteloube zijn daarentegen zelfs met hoogwater de resten van een onafgebouwd spoorwegviaduct nog goed zichtbaar.
Tenslotte herinnert ook de kapel van Saint-Michel aan een leven dat zich ooit op de bodem van het meer afspeelde: bedenk maar dat het kapelletje vroeger op een heuvel lag en omringd werd door een begraafplaats. Initieel werd gepland om de kapel plat te gooien, totdat bleek dat de heuvel net hoger dan de maximale stand van het meer was. Een knipoog naar het verborgen verleden van deze prachtige plek!
Lees ook:
Kamperen bij Lac de Serre Ponçon en andere meren
10 prachtige Franse meren
Cor van Drieënhuizen -
Kleinzoon Erik-Jan, woonachtig in Marseille, en - evenals zijn vrouw Karlijn - 'werkende buitenlanders' in Frankrijk, blijkt een bepaalde situatie goed te kunnen 'verwoorden'. Mijn respect daarvoor.