Afkicken van de zomervakantie, de francofiele Karen heeft het er elke september weer moeilijk mee. Zij kent maar één middel tegen de jaarlijks terugkerende vakantieheimwee. En gelukkig ligt dat alweer (idioot vroeg) in de schappen.
Wekenlang keken we ernaar uit en het zat er al weer op. Met weemoed stopte ik de handdoeken, die stijf stonden van het Franse zout en zand, in de wasmachine. Het is vast een achterlijk iets, maar ik rook er nog even aan voordat ze het ruime sop kozen. Nog één keer snoof ik de geur van strand en mistral op. Ik mis het zodra ik terug ben, met alles erop en eraan. Ik beken: je suis une francofiel. Soms denk ik dat door mijn aderen geen bloed stroomt maar een mengsel van rosé, knoflook en Provençaalse kruiden.
Hunkeren naar opknaphuisjes
De pubers hier in huis zijn er al aan gewend: zodra we terugkomen uit Frankrijk draaien mijn hersenen overuren en houd ik me slechts bezig met de vraag wanneer ik weer terug kan. Kortom: ook na de jaarlijkse kampeertrip krijg ik last van het ‘Ik vertrek-syndroom’. Dan struin ik urenlang websites af en verlekker me aan opknaphuisjes in slaperige dorpjes met een wekelijkse pittoreske markt. Zo’n markt waar je geitenkaasjes koopt en al slikkend zegt ‘doe er maar zes’ en waar de plaatselijke wijnboer je net één wijntje te veel laat proeven. Zoiets.
Ruimte voor een ezel en een geit
Een mens moet iets te wensen hebben en dus droom ik graag van een Frans stekje buiten de drukte van de stad, liefst op een half uurtje van het strand en met ruimte voor een ezel en een geit. En elk jaar na de vakantie pols ik voorzichtig mijn jongens hoe ze denken over een eventuele emigratie. Stiekem hoop ik dan op een antwoord dat klinkt als ‘Oh ja, das vet!’ maar standaard roepen ze ‘Nee hè mam, niet weer…’.
Middel tegen vakantieheimwee
Meestal duurt die idioterie een week of twee en dan is alles weer terug bij het oude. Zo ook dit jaar. Met het vertrekken van de zomer verging langzaamaan ook mijn weemoed. Al boeken kaftend voor het nieuwe schooljaar pikte ik zorgvuldig alleen de witte chocoladepepernoten uit een pondszak. Want ook dat is een vast gegeven: ‘Iedereen weer aan de bak: pepernoten in het schap’. Heerlijk toch?
Tekst: Karen Bllom Beeld: Lobostudio Hamburg (Uns)
Geen reacties