1. Les après-ski: moonboots
Let op, de Fransen gebruiken het woord ‘après-ski’ niet alleen voor het zo bekende feestvieren onderaan de piste!
In Frankrijk is dit in de eerste plaats het woord voor moonboots. Ofwel de sneeuwlaarzen die je après het skiën aanschiet. “Je ne trouve pas mes après-ski!” (ik kan mijn moonboots niet vinden).
2. Le chasse-neige= de pizzapunt
Dit woord doet meteen aan een pistenbully of sneeuwtruck denken. Maar chasse-neige (‘sneeuwschuiver’) is ook het Franse woord voor de ploegbocht van beginnende skiërs: onze ‘pizzapunt’. In Frankrijk hoor je in plaats van chasse-neige ook steeds vaker le chapeau pointu (de punthoed).
3. La station: het skidorp
Verwarrend woord voor Nederlanders, die hierbij al snel aan een treinstation (une gare) moeten denken. Maar als de Fransman naast je in de lift vraagt: “Que pensez-vous de la station?”, dan wil hij weten wat je van het skidorp of skigebied vindt, niet of je met de trein gekomen bent.
Lees ook: 10 Franse wintersportplaatsnamen die wij verkeerd uitspreken
4. Le masque: de skibril
Un masque is het Franse woord voor skibril. Die is tegenwoordig net zo populair als un casque, een skihelm, ook bij skiërs die niet speciaal off-piste ofwel hors-piste-liefhebbers zijn.
5. Le tire-fesses: de sleeplift
Prachtig woord: de ‘billentrekker‘. Dit is de populaire Franse naam voor de klassieke sleeplift, waarin je wordt voortgetrokken door een pannenkoek tussen je benen. Heet ook le téléski.
Andere Franse skiliftnamen: le télésiège (stoeltjeslift), la télécabine (eitjeslift) en le téléphérique (grote cabinelift). De verzamelnaam voor alle skiliften is: les remontées mécaniques. Pas op, want ‘ascenseurs’ (gewone liften) vind je alleen in gebouwen.
6. Le moniteur: de skileraar
Klinkt voor ons als een technisch beroep maar het gaat hier om een verkorting van le moniteur de ski ofwel de skileraar. Of de monitrice de ski, de skilerares.
7. Les bosses: de buclepiste
Als een Fransman tijdens de wintersport zegt “J’aime les bosses“, dan heeft hij het over een buckelpiste, ofwel een afdaling met veel bosses (hobbels, buckels). En spreekt hij enthousiast over de ‘belles chutes’ die komen, dan verheugt hij zich niet over mooie valpartijen of zoiets, maar over de aangekondigde sneeuwbuien: chutes de neige. Amerikanen noemen dat ‘snow dump’. Wat betekent dat er valt te genieten van ‘la peuf’, verse poedersneeuw in populair Frans.
Woordenlijst voor de Franse wintersport
La station: wintersportplaats, skioord
Le domaine skiable: skigebied
Le forfait de ski: skipas
L’École de ski: skischool
Club Piou Piou: de skischool voor jonge kinderen
Le moniteur de ski: skileraar
La dameuse: de pistenbully
Le chasse-neige: pizzapunt
Le débutant: beginner
La piste verte (groen/makkelijk), la bleue (blauw/gemiddeld) la rouge (rood/moeilijk > pittiger dan de rode pistes in Oostenrijk!), la noire (zwart/zeer moeilijk)
La piste de luge: piste waarop je mag sleeën
Hors-piste: off-piste
Les bosses: buckels
La poudreuse: de poedersneeuw (popi: la peuf)
La soupe: papsneeuw
Le risque d’avalanche: lawinegevaar
Les remontées mécaniques: skiliften
Le tire-fesses of le téléski: sleeplift
Le télésiège: stoeltjeslift
La télécabine: eitjeslift
Le téléphérique: grote cabinelift
Le casque de ski: skihelm
Le masque de ski: skibril
Les lunettes de soleil: zonnebril
Le bonnet: de muts
La crème solaire: zonnebrandcrème
Les après-ski: moonboots
Les gants: handschoenen
La combinaison de ski: het skipak
Le vin chaud: glühwein
LEES OOK:
Hoe werkt de Franse skischool? Handige tips voor ESF-lessen
Nederlandstalige skileraren in Franse skigebieden, hier vind je ze!
10 Franse wintersportplaatsnamen die wij verkeerd uitspreken
Tekst: Nicky Bouwmeester Beeld: Depositphotos.com, JoseeS
Geen reacties